Indexering bedragen SWT op 1 november 2023

• Het bedrag van de aanvullende vergoeding swt is minstens gelijk aan de helft van het verschil tussen het netto-referteloon en de werkloosheidsuitkering. Het bedrag wordt vastgesteld bij de start van het swt en wijzigt daarna alleen nog als gevolg van indexering of herwaardering.
• Het bedrag van de aanvullende vergoeding is gebonden aan de spilindex van de consumptieprijzen, volgens dezelfde modaliteiten als van toepassing voor werkloosheidsuitkeringen. Indexeren de werkloosheidsuitkeringen, dan indexeert dus ook de aanvullende vergoeding.

SWT gestart voor 1 november 2023

De overschrijding van de spilindex in oktober 2023 heeft als gevolg dat voor een SWT gestart vóór 1 november 2023 de werkloosheidsuitkering en de aanvullende vergoeding van de werkgever, met 2% indexeren. Bij een SWAV of pseudo-swt indexeert de aanvullende vergoeding alleen als de individuele of collectieve arbeidsovereenkomst dat uitdrukkelijk bepaalt.

SWT gestart vanaf 1 november 2023

Voor werknemers die vanaf 1 november 2023 in SWT gaan bepaal je de aanvullende vergoeding door rekening te houden met de volgende geïndexeerde grensbedragen:

• maximum 4.945,01 euro bruto maandloon voor de berekening van het netto referentieloon
• maximale werkloosheidsuitkering van 63,82 euro per dag of 1.659,32 euro per maand.

Alle SWT’s en SWAV’s

Ongeacht de startdatum, (her)bereken je voor elke SWT en SWAV de werknemersinhouding van 6,5% op het totale SWT-inkomen (werkloosheidsuitkering + aanvullende vergoeding).
De nieuwe grensbedragen waaronder het SWT-inkomen niet mag dalen als gevolg van deze inhouding zijn sinds 1 november 2023 de volgende:

• 1.778,73 euro per maand voor bruggepensioneerden zonder gezinslast
• 2.142,51 euro per maand voor bruggepensioneerden met gezinslast

Meer weten over SWT?