Hogere tussenkomst woon-werkverkeer met het openbaar vervoer vanaf 1 juni 2024
Op 8 april 2024 hebben de sociale partners in de Nationale Arbeidsraad (NAR) de cao nr. 19/11 gesloten. Deze cao wijzigt een aantal bepalingen over de werkgeverstussenkomst voor het woon-werkverkeer met gemeenschappelijk openbaar vervoer.
Verhoging tussenkomst woon-werkverkeer met de trein
Omwille van de stijgende tarieven van de NMBS zijn de sociale partners in de NAR overeengekomen om de werkgeversbijdrage in de prijs van het woon-werkverkeer met de trein aan te passen gedurende de komende zes jaar.
Concreet worden de forfaitaire bedragen van de werkgeversbijdrage in de prijs van de woon-werkabonnementen op 1 juni 2024 verhoogd tot 71,8% van de prijs van het gebruikte NMBS-abonnement op 1 februari 2024.
De cao voorziet verder dat deze bedragen jaarlijks op 1 februari opnieuw zullen worden aangepast gedurende de periode 2025 tot 2029, volgens de formule opgenomen in de cao.
Voor de jaarlijkse aanpassing van de forfaitaire bedragen zal rekening worden gehouden met de aanpassing, door de NMBS, van de tarieven van de abonnementen voor het door de NMBS georganiseerde gemeenschappelijk openbaar vervoer, als die er is. Het eerste procentpunt van deze tariefaanpassing zal voor 100% in aanmerking worden genomen voor de verhoging van de forfaitaire bedragen en de verdere procentpunten van de tariefaanpassing voor 50%, zonder dat de verhoging van de forfaitaire bedragen jaarlijks meer dan 2,5% kan bedragen.
Daarnaast wordt nu in het regelgevend kader van cao nr. 19/9 ook voorzien in een specifieke tussenkomst voor de flex-abonnementen.
In het kader daarvan werd ook een nieuw artikel 3 lid c toegevoegd aan cao 19/9 dat bepaalt dat er van de werknemer verwacht wordt dat hij tussen de beschikbare vervoersbewijzen, het vervoersbewijs kiest dat het meest aangepast is aan zijn werkregeling en in het bijzonder het aantal woon-werkverplaatsingen die hij dient te doen.
Dit betekent dat van de werknemer gevraagd kan worden om te kiezen voor een flex-abonnement in functie van het aantal woon-werkverplaatsingen rekening houdend met het arbeidsregime van de werknemer en/of de frequentie van het telewerk.
Tenslotte is de afschaffing van de minimumgrens van 5 km voor de bijdrage van de werkgevers in de prijs van het abonnement voor het gemeenschappelijk openbaar vervoer met uitzondering van het treinvervoer - tram, metro, bus of waterbus - sinds 1 juli 2020 nu ook aangepast in de artikelen 4 en 9 van cao nr. 19/9.
De cao nr. 19/11 werd gesloten voor onbepaalde tijd. Zij treedt in werking op 1 juni 2024.
Impact voor paritair comité 329
De verhoging van de tussenkomst in de treinabonnementen is vooral van belang voor PC 329.03 aangezien de sectorale cao van 30 april 1997 hierover geen aparte regeling voorziet. Vanaf 1 juni 2024 gelden de verhoogde bedragen dus voor PC 329.03.
Voor PC 329.01 is in de sectorale cao van 4 december 2009 wel in een aparte regeling voorzien, namelijk verplichte derdebetalersregeling waardoor het treinvervoer kosteloos is voor de werknemer (artikel 4 §2). Cao nr. 19/11 heeft dus weinig impact in PC 329.01 wat betreft de tussenkomst voor het woon-werkverkeer met de trein.
Wat betreft de tussenkomst in het woon-werkverkeer met openbaar vervoer andere dan de trein, dus met de bus, tram of metro, heeft cao 19/11 voor zowel PC 329.01 als PC 329.03 een impact omdat hierdoor de grens voor de minimale tussenkomst ook verhoogt. Ter herinnering, je moet tussenkomen voor 71,8% van de werkelijk betaalde prijs van het abonnement, begrensd tot het bedrag van de werkgeverstussenkomst trein voor 7 km volgens tabel cao 19/9.
Je vindt hieronder alvast de tabellen voor de tussenkomst vanaf 1 juni 2024.
Belastingkrediet
Naar aanleiding van deze verhoging van de werkgeverstussenkomst heeft de wetgever een belastingkrediet voorzien voor werkgevers die het nog beter doen en de tussenkomst in het treinabonnement voor hun werknemers verhogen naar minstens 79,3%.
Het gaat om een tijdelijk belastingkrediet dat alleen zal gelden voor de tussenkomsten van de werkgever die worden betaald of toegekend de periode van 1 januari 2024 tot tot en met 31 december 2027.
Het belastingkrediet wordt alleen toegekend als de verhoging van de tussenkomst naar minstens 79,3% is vastgelegd in een cao, arbeidsreglement of een individuele arbeidsovereenkomst. En de verhoging moet onbeperkt in de tijd gelden.
Let wel: het belastingkrediet geldt niet als de de derdebetalersregeling van toepassing is, noch wanneer de werknemer van dezelfde werkgever een mobiliteitsbudget ontvangt.
Om aanspraak te kunnen maken op het belastingkrediet moet de verhoging van de tussenkomst bovendien effectief gedragen worden door diegene die de tussenkomst toekent. Kan je de last van de verhoging aan een derde doorrekenen of terugbetaald krijgen van een derde, dan kan je niet genieten van het belastingkrediet.
Het bedrag van het belastingkrediet voor de verhoging van de tussenkomst van de werkgever in een treinabonnement is gelijk aan het product van:
- het bedrag van de tussenkomst van de werkgever die in het betrokken belastbare tijdperk is betaald of toegekend, gedeeld door de verhoogde tussenkomst van de werkgever, en
- het verhogingspercentage.
Het verhogingspercentage is gelijk aan het verschil tussen de tussenkomst van de werkgever op 31 december 2023 (met een minimum van 59,57%) en de verhoogde tussenkomst van de werkgever. Dit percentage wordt beperkt tot 7,5%.
De tussenkomst van de werkgever in een treinabonnement ten belope van het bedrag van het belastingkrediet dat voor die tussenkomst wordt verleend, is niet als beroepskost aftrekbaar.
Een uitvoerend kb regelt de toepassing van het belastingkrediet in geval van gemengd openbaar vervoer in één vervoerbewijs.
Om aanspraak te maken, moet je het belastingkrediet aanvragen in de belastingaangifte. Dit kan in de personenbelasting, de vennootschapsbelasting, de rechtspersonenbelasting en in de belastingen van niet-inwoners.
Voor meer informatie over de toepassing van het belastingkrediet neem je best contact met je boekhouder.
Bron
- NAR Collectieve arbeidsovereenkomst nr. 19/11 van 8 april 2024 tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 19/9 van 23 april 2019 betreffende de financiële bijdrage van de werkgevers in de prijs van het gemeenschappelijk openbaar vervoer van de werknemers;
- NAR Advies 2416 van 8 april 2024: werkgeversbijdrage in het woon-werkverkeer;
- Wet van 12 mei 2024 houdende diverse fiscale bepalingen, Belgisch Staatsblad 29 mei 2024, art. 56-61;
- Koninklijk besluit van 17 juli 2024 met betrekking tot de toepassing van het belastingkrediet voor de verhoging van de tussenkomst van de werkgever in een treinabonnement, Belgisch Staatsblad 24 juli 2024.
Anderen lazen ook dit:
Laatste prognose indexaanpassing
De volgende overschrijding van de spilindex zou plaatsvinden in februari 2026, waardoor de lonen in onze sector in april 2026 opnieuw stijgen.
Sectorpensioen PC 329.01: toelage 2024 vastgelegd
Voltijdse werknemers die in 2024 een volledig jaar werkten in de Vlaamse socialprofitsector krijgen een toelage van 200 euro op hun pensioenrekening. Of 120 euro als hun werkgever geen bijdrageplicht had.
Deze toelage legden we formeel vast met de vakbonden in de cao van 28 mei 2025.
Komaf maken met jouw kopzorgen rond het inzetten van personeel?
Doe net als +900 socioculturele collega-organisaties, en sluit je vandaag nog aan bij Sociare!