Ga verder naar de inhoud

Socioculturele organisaties doen aan goed bestuur

15.10.2025

Erwin De bruyn, voorzitter van Sociare, sprak met De Bestuurder over zijn ervaring als directeur bij Stebo en als voorzitter van ons Bestuur. Lees hieronder een deel uit het artikel, of bekijk het volledige artikel op de website van De Bestuurder. De link naar het artikel vind je onderaan.

Van Stebo naar Sociare

Jaren ervaring nam Erwin mee naar Sociare. “Bij Stebo hebben we een complementaire en genderevenwichtige raad van bestuur. De zes leden zijn kritisch betrokken en hebben aandacht voor maatschappelijke doelstellingen, de medewerkers, de directie en het netwerk van stakeholders. Iedereen brengt zijn expertise mee: breed maatschappelijk engagement, financieel of juridisch inzicht, innovatie of mensgerichtheid. Die perspectieven komen samen in één focus: organisatieontwikkeling en groei, zodat de onderneming goed functioneert, ook in woelige tijden.”

Bij federaties zoals Sociare ligt de dynamiek anders. “Daar ligt de klemtoon op informatie-uitwisseling, beraadslaging en sectorontwikkeling. Soms botsen visies en is er minder aandacht voor organisatieontwikkeling. Daar dreigt soms het gevaar van een pensée unique. Daarom is diversiteit in perspectieven cruciaal. Als voorzitter geef ik aandacht aan het executieve orgaan, overleg ik met het dagelijkse bestuur en bied ik een klankbord voor de leidinggevenden. Zo krijg ik zicht op wat de organisatie nodig heeft.”

Idealisten en pragmatisten

Besturen is balanceren tussen idealisme en pragmatisme. “Het gaat niet om goed of fout, maar om het afwegen van waardevolle principes die niet altijd compatibel zijn. Transparantie over keuzes is dan essentieel. Subsidiariteit helpt daarbij: beslis op het juiste niveau en vermijd micromanagement. In de politiek heb je ideologen en bestuurders, beiden hebben hun plaats. In organisaties moet pragmatiek overheersen: kies waar je op inzet, je kunt niet alles tegelijk doen.”

Bij Sociare staan vooral werkgeverszaken op de agenda: lonen, arbeidsvoorwaarden, veranderende regelgeving en de verdeling van sectorale middelen. “Het sociaal-cultureel werk is zeer divers en bestaat vooral uit kleine organisaties, gemiddeld tien medewerkers. Hun noden zijn totaal anders dan die van ziekenhuizen of welzijnsinstellingen.” Volgens De bruyn moeten ook die kleinere spelers worden gehoord. “Afspraken en regelgeving mogen niet alleen vertrekken vanuit de logica van grote organisaties, maar ook recht doen aan de kracht en wendbaarheid van het sociaal-cultureel werk.” Een ander luik zijn de onderhandelingen met vakbonden. “Lonen, arbeidsvoorwaarden en sectorale middelen worden paritair beheerd: je moet het samen eens worden over de spelregels.”

Bestuurders als cement van de samenleving

Aan het einde van het gesprek keert De bruyn terug naar de bestuurders zelf. Niet naar de rapporten, structuren of vergaderingen, maar naar de mensen die zich vaak stil en onzichtbaar inzetten. De lat ligt hoog voor bestuurders van kleine sociale ondernemingen. Ze engageren zich vrijwillig, vaak zonder vergoeding, maar dragen wel een grote aansprakelijkheid. Voor De bruyn zijn deze organisaties, en bij uitbreiding hun talrijke bestuurders, het cement van de samenleving. “We moeten bestuurders van sociale ondernemingen koesteren. Via sport, cultuur en sociaal werk zorgen ze ervoor dat mensen elkaar ontmoeten, dat er plekken zijn waar debat kan bestaan en waar gemeenschap groeit. Dat verdient meer erkenning.”

Lees het volledige artikel op de website van De Bestuurder.

Zelf een leuk verhaal of inspirerende case om te delen?

Daar maak je onze stafmedewerker communicatie & ledenrelaties altijd blij mee!