Ga verder naar de inhoud

Werken na Corona #3: Markant

12.06.2022

Corona stelde de afgelopen jaren de hele samenleving op de proef. We maken een stand van zaken op aan de hand van verhalen uit onze sector. Hoe hard heeft de pandemie gewogen bij onze leden? Hoe organiseer je je als iedereen in zijn kot moet blijven? Welke regels en afspraken heeft de coronacrisis voorgoed dooreen geschud? We vroegen het aan vijf socioculturele organisaties. Lees hieronder het verhaal van Markant.

Organisatie : Markant vzw

Deelsector: Socio-cultureel volwassenenwerk

Aantal werknemers: 21 werknemers (allemaal vrouwen!), waarvan 11 op het nationale secretariaat en 10 regionaal verspreid, en meer dan 2000 vrijwilligers

Waar: nationaal secretariaat in Vilvoorde, 300 lokale afdelingen in Vlaanderen en Brussel

Markant vzw is de overkoepelende organisatie voor de Markant-, Best Pittig- en Artemis-vrouwen. Met in totaal ongeveer 300 lokale afdelingen van Markant en Best Pittig en 10 regionale groepen van Artemis is de organisatie over heel Vlaanderen en Brussel vertegenwoordigd. Markant is een netwerk voor ondernemende vrouwen, en de organisatie heeft vanuit haar DNA een speciaal warm hart voor vrouwelijk ondernemerschap. Markant inspireert en verbindt actieve vrouwen en wil hen het maximale uit hun vrije tijd laten halen dankzij een toegankelijk en zinvol aanbod aan activiteiten. Er is een aanbod van culturele workshops, interessante lezingen en leerrijke bezoeken. Bij Markant draait het om nieuwe dingen ontdekken, beleven en genieten, samen met andere vrouwen. Op jaarbasis staan er meer dan 4.000 activiteiten op de kalender, waarvan een groot deel georganiseerd door lokale en regionale Markant-groepen.

Team
Diane Devriendt, Algemeen directeur
Ik heb het volste vertrouwen in mijn team. Dat is de basis. Je moet niet aan telewerk beginnen als je geen vertrouwen hebt in je medewerkers.

Diane Devriendt, Algemeen directeur

Hoe hebben jullie corona beleefd?

Diane Devriendt: “Wij zijn bijna de hele tijd blijven doorwerken, behalve dan een relatief korte periode van beperkte tijdelijke werkloosheid, helemaal aan het begin van de crisis. We zagen al snel dat we allemaal nodig waren om alles gedaan te krijgen. Wij zijn de digitale mogelijkheden verder gaan uitdiepen, ook met onze vrijwilligers.”

“Tijdens een normaal jaar organiseren we samen met onze lokale en regionale vrijwilligers meer dan 4000 activiteiten. Nu konden we maar een fractie daarvan organiseren. De regels veranderden voortdurend. Wij hebben ze elke keer gevolgd, en onze vrijwilligers zijn daar ook telkens solidair in mee gestapt. We hebben vooral ingezet op een regionaal online aanbod. Het is belangrijk dat er wel een aanbod was voor onze leden. Je wil dat ze lid blijven.”

“Het werk is bij ons helemaal niet stilgevallen, in tegendeel. De communicatiemachine heeft op volle toeren gedraaid. Dat ging bij momenten bijna over een verdubbeling van het werk. Niet alleen extra communicatie over de regels die gevolgd moesten worden, maar ook om mensen te blijven motiveren, ze te betrekken, ze te bedanken voor hun inspanningen.”

Wat waren de moeilijkste momenten? En hoe staan jullie er nu voor: back to business, of nog niet helemaal?

“We hebben nog nooit in ons leven zo flexibel moeten schakelen als in die periode. We proberen altijd al flexibel te zijn, maar toen … Wat op maandag een regel was, werd op vrijdag alweer doorkruist door een andere regel, die dan de week erop weer anders was. Dan heb je net iets gecommuniceerd, en dan moet je dat weer aanpassen. Er zijn twee periodes geweest waar het schakelen zo snel na elkaar kwam, dat het een beetje absurd werd.”

“Het meest lastige was dat men lokaal mocht beslissen om nog strenger te zijn dan de nationale regels. Die leken al zeer streng, maar als een burgemeester daar dan nog extra maatregelen aan toevoegt, tja. Ik denk dat we daar het meest moedeloos van werden. Dat kan je ook niet meer opvolgen. Dit zijn de nationale regels, maar je moet lokaal ook nog eens in de gaten houden dat …. Dat doen voor al onze afdelingen? Dat is niet haalbaar.”

“Nu zijn we grotendeels opnieuw up and running. Heel wat groepen zijn opnieuw mee en nemen deel aan activiteiten zoals voorheen. Al is er wel hier en daar een groep die nog wat terughoudend is. Ze zijn wat voorzichtiger, ze zijn het gewoon geworden om veel binnen te zitten. Anderen hebben echt die drang om volop actief te zijn.”

Is de werkorganisatie bij jullie veranderd door corona? Zijn er nieuwe regelingen rond thuiswerk? Of andere evoluties?

“Corona heeft ons telewerkbeleid zeker vooruit gestuwd. We hadden al een afspraak rond beperkt telewerk, maar corona heeft ons daar echt anders naar doen kijken. Door te ervaren hoe iedereen hier in huis dat telewerk heeft opgenomen, en ook door hoe de samenleving naar telewerk begon te kijken. Waar zijn we toch mee bezig dat wij mensen élke dag naar het kantoor laten komen, terwijl een heleboel van die taken echt evengoed van thuis uit kunnen? Dat is gewoon efficiënter, er ook nog eens milieuvriendelijker.”

“We hebben ons beleid aangepast en uitgebreid. Via denkwerk en een bevraging bij de collega’s kwamen we uit bij maximaal 50 procent telewerk op maandbasis. Vergaderingen en teammeetings gebeuren wel fysiek en ze worden goed gepland. Die data worden belangrijker in de agenda. Verder zijn er geen vaste dagen om te telewerken, iedereen mag die dagen zelf kiezen. De 50 procent lijkt een goed evenwicht te zijn, er is nog voldoende kans op interactie. We zijn ook overgestapt naar bellen via MS Teams, waardoor we allemaal heel vlot van thuis uit de telefoon kunnen opnemen. Overigens mag wie dat wil ook meer op kantoor komen werken. En het kan helaas niet voor bepaalde taken of functies, die aan een locatie gebonden zijn.”

Met delegatie Oeganda

Wanneer zijn jullie gestart met deze nieuwe afspraken?

“We hebben het beleid op 1 september 2021 geïntroduceerd, en we zouden het na negen maanden evalueren. Alleen kwam er in het najaar opnieuw een lockdown, dus ik wacht nu nog even met de evaluatie. Maar afgaand op de reacties vinden de collega’s het een goed systeem.”

“We zijn door de administratieve molen gegaan, alles is nu geregeld zoals het hoort. Ook op het vlak van verzekeringen hebben we de puntjes op de i gezet. Als iemand tijdens het telewerk op haar dak klimt om een dakpan goed te leggen, dan is ze niet verzekerd. We hebben dat met hulp van Sociare goed omschreven. Je mag je kinderen van school afhalen en brengen, je mag een broodje gaan halen, maar dus niet op je dak klimmen.”

“Er is een sterkte relatie met het HR-beleid dat we voeren. We werken met een competentiemanagement met 5 kerncompetenties. Een van onze kerncompetenties is ‘ownership’ – persoonlijk eigenaarschap. Dat betekent natuurlijk ook dat je zelf verantwoordelijkheid opneemt voor je werk en je taken. Daar past telewerk helemaal bij.”

“Ik heb het volste vertrouwen in mijn team. Dat is voor mij de basis. Hoe je het ook draait als keert, je moet niet aan telewerk beginnen als je geen vertrouwen hebt in je medewerkers. Ik heb het gevoel dat we een goed evenwicht gevonden hebben, en dat de afspraken goed werken. Er is voldoende tijd voor ontmoeting en verbinding met elkaar, en tegelijk kunnen de collega’s in een grote vrijheid hun dagen plannen.”

Zelf een leuk verhaal of inspirerende case om te delen?

Daar maak je onze stafmedewerker communicatie & ledenrelaties altijd blij mee!